Over Renature Brussel Contact
nl
Een initiatief vanLeefmilieu Brussel

Voor de bomen zorgen, met respect voor de natuur

Bomen zijn een investering in de toekomst en vormen een hoeksteen van onze ecosystemen. Net als de aanplanting is ook een passend onderhoud van levensbelang voor hun welzijn op lange termijn.

Zacht snoeien of doordacht uitdunnen: door praktijken toe te passen die hun natuurlijke groei respecteren, helpt u hun schoonheid te behouden, zodat ook toekomstige generaties ervan kunnen genieten!

Photos de plusieurs arbres de différentes espèces se trouvant dans différents types de propriétés comme un parc public et un jardin privé

Laat uw bomen leven

Bomen verbeteren de luchtkwaliteit, bevorderen de biodiversiteit, verminderen de hitte ... ongeacht of ze nu in uw tuin, in een park of langs de weg staan.

Het beste om ze in goede gezondheid te houden, is om niet in te grijpen, of om het bij milde ingrepen te houden, met een voorzichtige snoei die hun natuurlijke groei respecteert.

Technische info

Doelgroep Particulieren - Bedrijven - Overheidinstanties
Seizoen Zomer - Winter
Type actie Onderhouden - Beschermen
Betrokken ruimte Groene ruimte - Tuin   - Natura 2000 - Wegen - Openbare ruimte - Speelplaats
Niveau Ervaren  

Hoe moet u uw bomen verzorgen?

Bomen in een stedelijke omgeving hebben onderhoud nodig, zeker als ze nog jong zijn. Dat moet rekening houden met de beperkingen van de omgeving en eventuele fouten uit het verleden (soorten die niet aangepast zijn aan de lokale omstandigheden, ongepast onderhoudssnoeiwerk ...)

Als de gezondheid en de stabiliteit van de boom niet meer gegarandeerd zijn, moet hij vervangen worden, met maatregelen die van meet af aan garanties bieden voor de integratie van de nieuwe boom (doorlaatbare grond, ruimte voor de beworteling) en zijn overleving (irrigatie …).

Jonge bomen water geven

Water geven is belangrijk tijdens de eerste levensjaren van de boom en tijdens perioden van waterstress (droogte, zelfs in de winter!). Als de boom zich al stevig gevestigd heeft, zal hij minder regelmatig water nodig hebben. Voortdurend controleren en afstemmen op de lokale omstandigheden blijven echter noodzakelijk om de gezondheid van uw bomen op de lange termijn te garanderen.

Hoe vaak u moet water geven kan variëren afhankelijk van de bodem (zanderig of kleiachtig), de blootstelling, de soort in kwestie, het formaat en het weer.

Zorg langs wegen voor voldoende watertoevoer door een strook grond aan de voet van de bomen vrij te houden, door de oppervlakte ondoordringbare verharding in de buurt te beperken en oppervlaktewater om te leiden naar de aanplantingen. Denk er ‘s winters aan om uw bomen te beschermen tegen strooizout.

  • Geef uw jonge aanplantingen water om de wortelontwikkeling te stimuleren.
  • Houd de grond vochtig in de diepte, behalve bij strenge vorst (pas op voor overbewatering).
  • Geef liever een keer per week ruim water (bij voorkeur 's avonds) dan vaker maar minder (dat is oppervlakkig en duur).

Geef uw jonge aanplantingen de eerste twee jaar na het planten regelmatig water tijdens droge periodes (ook in de winter) en reken daarbij op:

  • 50 tot 100 liter om de 10 dagen per kleine boom.
  • 200 tot 300 liter per 15 dagen voor een grote boom.

De bescherming van jonge aanplantingen

Bij het planten worden meestal maatregelen genomen om de jonge boom te beschermen. Regelmatig controleren betreft ook het onderhouden of vervangen van gebroken of beschadigde plantensteunen, beschadigd of te strak zittend bindmateriaal en andere bescherming die de boom op lange termijn kunnen beschadigen.

    • Verwijder 2 jaar na het aanplanten het bindmateriaal waarmee de boom aan de steun is bevestigd.
    • Nadat de steun is verwijderd moet u zorgen voor een andere bescherming, vooral langs de weg (verkeer, vandalisme ...).
    • Verwijder 2 tot 3 jaar na het aanplanten de eventuele jute om zonnebrand te voorkomen. Ze kan immers oververhitting veroorzaken.
    • Controleer regelmatig om er zeker van te zijn dat de bescherming de groeiende boom niet verwondt (mogelijk omdat ze beschadigd is door vandalisme of incidenten). Verwijder of vervang de bescherming indien nodig.
    Foto van een jonge boom geplant met zijn steunpalen en een grasondergrond
    Jonge boom ondersteund door plantsteunen © Fructibus - CC0

    Bewaak de gezondheid van uw bomen

    Controleer regelmatig uw aanplantingen, om eventuele fytosanitaire problemen zo vroeg mogelijk op te sporen, in de hoop om een doeltreffende behandeling toe te passen. Verwelken of vergelen van de bladeren, afsterven van hele takken, afhangen van de kroon ... de symptomen zijn uiteenlopend en soms onopvallend, afhankelijk van de onderliggende oorzaken.

    Zichtbare schade kan soms een diepgeworteld probleem weerspiegelen dat al langer bestaat of zelfs onherstelbaar is. In andere gevallen is de schade eerder oppervlakkig, of slechts tijdelijk.

    Een zorgvuldige diagnose kan de juiste behandeling uitwijzen: een betere bodem en watervoorziening, juiste snoei, geïntegreerde plagenbestrijding ...

    Waar veel publiek komt, is toezicht op de fytosanitaire gezondheid van het bomenbestand vereist om de veiligheid van de gebruikers te garanderen. Bij de eerste tekenen van aantasting of in druk bezochte openbare groengebieden is periodiek onderzoek vereist (bijv. om de 5 jaar), met uitvoering van de daaruit voortvloeiende maatregelen. Een visuele controle (visual tree assessment, VTA) maakt een eerste beoordeling mogelijk, om dan waar nodig over te gaan tot een doorgedrevener onderzoek (tractietest, densitometrie ...).

    Er zijn veel ziekten, waarvan sommige specifiek zijn voor één soort. Ze zijn mogelijk veroorzaakt door bacteriën, schimmels (cryptogame ziekten of houtrotschimmels) of insecten, en een ongepast beheer of verstoorde lokale omstandigheden (gebrek aan water, verdichte grond ...) kunnen de problemen verergeren. Ze kunnen fataal zijn, afhankelijk van het weerstandsvermogen van het exemplaar in kwestie.

    Uiteenlopende problemen kunnen de gezondheid van bomen bedreigen:

    • De eikenprocessierups
    • Kastanjekanker (schimmel)
    • Paardenkastanjemineermot (vlinder)
    • Roetschorsziekte
    • Essenziekte
    • De letterzetter
    • Enz.
    • Pas de principes van geïntegreerde plaagbestrijding toe: controleren, preventieve maatregelen toepassen en waar mogelijk de voorkeur geven aan mechanische of fysische methoden.
    • Bij het besproeien van bomen komen veel pesticiden in het milieu terecht. Daarom is dat in de overgrote meerderheid van de gevallen verboden (behalve specifieke gevallen in de professionele fruitteelt).

    Detecteer de eerste symptomen

    De kroon uitdunnen

    De kroon is kaal en ziet er niet samenhangend uit. Er zijn gaten en dat bepaalde (gestel)takken ontbreken is duidelijk zichtbaar. Deze elementen moeten vergeleken worden met een gezond exemplaar van dezelfde soort.

    Afzakkende kruin

    De bovenkant van de kroon droogt uit en dode takken kunnen uitsteken. Er komt soms nieuw leven in de onderste takken, zodat de indruk ontstaat dat de kroon daalt.

    Vergelen, bruinkleuren, verwelken

    Bladeren of hele takken worden geel en/of bruin en zien er zacht of droog tot verbrand uit, afhankelijk van de omvang van de schade.

    Loskomende schors

    Delen van de schors schilferen abnormaal af (sommige bomen, zoals platanen, verliezen periodiek hun schors zonder enige schade).

    Deze lijst is niet volledig en sommige symptomen kunnen verband houden met andere problemen, zoals deficiënties, wortelverstikking (stilstaand water), de effecten van langdurige droogte... Advies van een boomspecialist is aangewezen om tot een correcte diagnose en herstelmaatregelen te komen.

    Photos de plusieurs arbres de différentes espèces se trouvant dans différents types de propriétés comme un parc public et un jardin privé
    © Ana De Wagter, Bruxelles Environnement

    Kies voor een doordacht en zachte snoei

    Uw bomen snoeien

    Hoewel snoeien het beste vermeden kan worden, helpt het wel om de boom te structureren en de vorm te geven die optimaal is afgestemd op de lokale beperkingen en landschapsdoelen. De snoei kan ook gericht zijn op het garanderen van de veiligheid, de mechanische weerstand en in sommige gevallen op het verlengen van de levensduur van de boom (bv. knotbomen).

    Onaangepast snoeien kan daarentegen het tegenovergestelde effect hebben: de boom kwetsbaarder maken, de bijbehorende risico's vergroten en de capaciteit van de boom verminderen om ecosysteemdiensten te leveren (koeling ...).

    In een omgeving die zo beperkt is als de stad, is snoeien een essentieel onderdeel van het beheer, maar het vereist wel de nodige kennis en aandacht. Het moet doordacht en beredeneerd gebeuren. Stel uzelf daarom de juiste vragen!

    Wist u dat?

    Afgebroken takken worden door de boom zelf beheerd en hoeven niet altijd verwijderd te worden. Op voorwaarde dat ze geen gevaar vormen, is het zelfs de moeite waard om deze afgebroken takken te laten liggen. Als microhabitats zijn ze immers gunstig voor de biodiversiteit.

    Stel uzelf de juiste vragen om te bepalen of het snoeien van de boom legaal is.

    Verstoort snoeien de fauna?

    De nestelperiode voor vogels zoals gedefinieerd in de natuurverordening loopt elk jaar van 1 april tot 15 augustus (in natuurreservaten vervroegd naar 1 maart). Tijdens deze wettelijke periode is het (gemotoriseerd) snoeien van takken van meer dan 10 cm van hoogstambomen en het vellen van bomen verboden, behalve bij afwijkingen of uitzonderingen vastgelegd in een regeringsbesluit.

    Het algemene principe om wilde dieren, nesten en habitats niet te verstoren houdt ook in dat bijzondere aandacht moet worden besteed aan bomen, zelfs als ze niet onder de categorie ‘hoogstammen’ vallen en ook buiten de wettelijke periode. Elk zichtbaar nest van een inheemse soort is beschermd en overal waar gewerkt wordt is een grondige inspectie vereist.

    Het broedseizoen van de vogels wordt langer door de klimaatverandering en schommelt van jaar tot jaar. Waakzaamheid is vereist vanaf februari (vroege broedsels) en soms tot in september (late broedsels).

    Bij oude bomen, holle bomen (oude spechtengaten, vorstspleten, rot en holtes door verrotting ...), opmerkelijke bomen, bomen in bossen ... moet de waakzaamheid ook gericht zijn op de aanwezigheid van boomvleermuizen, in het bijzonder als ze jongen hebben (meestal in juni-juli) en bij overwinterende kolonies (tussen november en maart). In die perioden heeft beschadiging van hun schuilplaats doorgaans dramatische gevolgen voor de kolonie.

    Is de boom opmerkelijk?

    Controleer vóór de werken of de boom onder beschermende maatregelen valt, onder meer door na te gaan of hij is opgenomen in de wetenschappelijke inventaris van Urban. Bomen die opmerkelijk zijn door hun leeftijd, grootte of zeldzaamheid moeten de grootste aandacht krijgen.

    Hebt u een stedenbouwkundige vergunning nodig?

    Een stedenbouwkundige vergunning is over het algemeen vereist voor snoei- en kapwerkzaamheden aan hoogstambomen (minimaal 4 m hoog, met een stamomtrek van minstens 40 cm, gemeten op 1,5 m van de grond).

    Sinds 2022 wordt in de stedenbouwkundige voorschriften een onderscheid gemaakt tussen onderhoudssnoei en radicale snoei:

      • Onderhoudssnoei (zonder vergunning): snoei die het voortbestaan van de boom niet in gevaar brengt, gericht op het behoud van zijn grootte, vorm of groeikracht, door dode of zieke takken terug te snoeien. Onderhoudssnoei kan gezonde, levende takken wegsnoeien op voorwaarde dat ze minder dan 22 cm in diameter zijn en dat (verspreid over de hele kroon) niet meer dan een derde ervan verwijderd wordt. Van een opmerkelijke boom mag de snoei het silhouet niet veranderen.
      • Radicale snoei (vergunningsplichtig): snoei die de overleving van de boom in het gedrang brengt, inclusief knotten, afzagen, sluiten, kroonverkleining, afsnijden van gesteltakken, aanpassingssnoei (verwijderen van een deel van de kroon om deze aan te passen aan lokale beperkingen), omvormingssnoei (ingrijpende wijziging in vorm, structuur of samenstelling van de kroon).
      Mag men een dode boom vellen?

      Men kan in de verleiding komen om een dode (of stervende) boom zonder stedenbouwkundige vergunning te rooien. Dat is over het algemeen toegestaan, maar let op: sinds 2022 is een vergunning vereist in ‘natuurlijke’ gebieden, d.w.z. in het Gewestelijk Bestemmingsplan (GBP) de groene zones, de groene zones met een hoge biologische waarde en de Natura 2000-gebieden. Dode bomen zijn bijzonder belangrijk voor de biodiversiteit!

      Is snoeien noodzakelijk?

      Snoeien is een directe aantasting van de integriteit van de boom. Snoeien in slechte omstandigheden kan het exemplaar verzwakken en houdt een risico in op de ontwikkeling van ziekten, gebreken en structurele zwakheden. Verkeerd snoeien kan ertoe leiden dat een boom op termijn geveld moet worden. Snoei dus alleen wanneer dat nodig is!

      Onnodig snoeien

      Snoeien is onnodig als het niet gericht is op de stabiliteit en levensduur van de boom, de veiligheid van de gebruikers of de compatibiliteit met bepaalde infrastructuuronderdelen. Snoeien dient vaak alleen een esthetisch doel en heeft ook dan nog soms voor gevolg dat de boom een kapstok wordt.

      • Vermijd het om in te grijpen: laat bomen op weinig gebruikte plekken, geïsoleerd of in groepen, zoveel mogelijk hun eigen ontwikkeling volgen.

      Noodzakelijke snoei

      In bepaalde omstandigheden kan snoeien noodzakelijk zijn, meestal vanwege de stedelijke omgeving en de nabijheid van mensen: 

      • Veiligheidssnoei van dood hout en kwetsbare takken in tuinen of druk bezochte gebieden.
      • Omgevingsgerichte snoei om de grootte van bomen aan te passen in de buurt van een gevel, elektriciteitsleiding, weg of rooilijn (vaak het gevolg van een ongeschikte soortkeuze).


      Het kan ook verband houden met de initiële keuzes bij het (bege)leiden of structureren van de boom.


        Regelmatig snoeien voor architecturale vormen

        Dit snoeien is nodig om een vooraf bepaalde vorm te behouden (meestal voor lindebomen, kastanjebomen, platanen en haagbeuken).

        • Om de 2 tot 3 jaar: kandelaberen of knotten. Jaarlijks snoeien is mogelijk, maar niet aanbevolen. Wissel de bomen in de rijen af om bomen te behouden die schuil- en woonplaats bieden! 
        • Elk jaar (met herkalibratie om de 5 jaar): leiboom, boomscherm, luifel, prieel, ... Over het algemeen één keer per jaar groen snoeien (pas op tijdens het broedseizoen).

        maar ook omdat natuurlijke ontwikkeling die niet vanaf het begin gepaard gaat met architecturaal snoeien structurele problemen kan veroorzaken (deze bomen zijn over het algemeen oud, soms hol, met een zwak gestel). Een omvorming kan, met een begeleiding gedurende 5 tot 8 jaar.

        Opgelet

        Het is moeilijk om de stabiliteit en gezondheid van een boom te garanderen als u zonder de hulp van een specialist overstapt van een architecturale vorm naar een vrije of semi-vrije vorm.

        Wat zijn de meest voorkomende snoeivormen?

        Groei(type)’ verwijst hier naar de algemene vorm van een boom. Men maakt voornamelijk een onderscheid tussen natuurlijke groei en groeitypen die worden verkregen door de ontwikkeling in verschillende mate in te perken.

        Hoe vaker een boom gesnoeid wordt, hoe hoger de onderhoudskosten en hoe meer fytosanitaire risico's (ziekten, structurele gebreken ...).

        Soorten groei, in het licht van de inperking:

        • Vrije groei: de boom komt volledig tot uiting in zijn natuurlijke architectuur en groeit op natuurlijke wijze. De natuurlijke groeiwijze van een boom varieert per soort en cultivar.
        • Semi-vrije groei: de boom lijkt vrij en natuurlijk te groeien maar de vorm wordt in realiteit wel in stand gehouden door af en toe in te grijpen.
        • Architecturale groei: regelmatig snoeien is nodig om een duidelijke vorm te behouden, afhankelijk van het snoeitype (beker, scherm, luifel, geknot, prieel ...)
        Nummer Kenmerken
        Vrije vorm 1 Het natuurlijke gedrag van de boom zonder beperkingen (de vorm kan bol zijn, of ovaal, obovaal, opstaand, uitlopend, kegelvormig ... maar onderhevig aan risico's).
        Halfvrije vorm 2 Het natuurlijke gedrag van de boom, maar onderhouden door incidentele ingrepen om een vorm te verkrijgen die minder onderhevig is aan gevaren.
        Uitlopers 3 Groeivorm van een boom die bijna gelijk met de grond is afgezaagd en die teruggroeit op meerdere stammen (meervoudige stam).
        Beker
        4
        Kleine ontwikkeling (laagstam), meestal voor fruitproductie.
        Scherm 5 Architecturale vorm met een smalle kroon, gesnoeid als een parallellepipedum aan de 6 zijden, vaak om smalle bomenrijen te vormen.
        Luifel 6 Architecturale vorm met een schermvorm aan de ene kant en een boog aan de andere kant, die bijvoorbeeld over een pad, weg of oprit hangt.
        Prieel 7 Een architecturale vorm met een platte kroon op horizontale steunen om een parasol te vormen.
        Nummer Kenmerken
        Bol 8 Rond gehouden vorm
        Spoelvormig 9 Smalle vorm, met opstaande takken, meestal gebruikt als de ruimte beperkt is (smalle wegen)
        Spitsboogvormig 10 Een ovale of ogivale vorm, met een duidelijke afronding.
        Piramide 11 Een spitse vorm met zijvlakken soms steil, afhankelijk van hoe intens gesnoeid wordt.
        Wolk 12 Een vorm van snoeikunst die is afgeleid van de Japanse niwaki-traditie, waarbij aan het uiteinde van kale takken boeketten of ronde kussens worden behouden.
        ‘Kattenkop’ 13 Een architecturale kandelaarvorm, met regelmatige snoei van scheuten op ‘littekenbollen’ (kattenkoppen).
        Palissade 14 Een vorm van bomen die zo geleid worden dat de gesteltakken langs kabels groeien. Gebruikt om schermen te maken en bij de fruitteelt.

        Wanneer moeten bomen gesnoeid worden?

        Vermijd de periode van uitbotting (wanneer de knoppen opengaan en de bladeren verschijnen) en wanneer de sapstroom vertraagt (net voor de bladeren vallen), en ook periodes van vorst, grote hitte of wanneer vogels nestelen. Zo kunt u in theorie met gemotoriseerd gereedschap snoeien tussen 15 augustus en 1 april (tot 1 maart in natuurgebieden) en met handgereedschap het hele jaar door.

        U kunt kiezen uit:

        Voordelen Nadelen
        Zomersnoei (‘groen’, van midden april tot september) Betere herstel van wonden, minder scheuten, gemakkelijker opsporen van dood hout.  Verhoogd risico op verstoring van wilde dieren, beperkt tot het gebruik van handgereedschap.
        Wintersnoei (rustperiode, van eind september tot februari) Beter algemeen zicht (gebreken, vorken ...), minder verlies aan voedingsreserves voor de boom, minder risico op ziekten (minder actieve ziekteverwekkers), minder groenafval om te verwijderen. Bij oude en holle bomen: risico op verstoring van overwinterende wilde dieren.

        Per boomsoort

        Ideale snoeiperiode

        • naaldbomen (den, spar, ceder ...) : tussen december en oktober
        • fruitbomen:
          • steenfruit (kersen, pruimen ...): begin augustus tot half september
          • pitvruchten (peer, appel ...): half november tot begin april
        • loofbomen (eik, populier, berk ...):
          • vormsnoei: van begin oktober tot half december
          • onderhoudssnoei: van begin juni tot eind juli

        Behalve in uitzonderlijke omstandigheden verbiedt de natuurverordening snoeien met elektrisch gereedschap en vellen van bomen tussen 1 april en 15 augustus (vanaf 1 maart in natuurreservaten), dit om de broedperiode te respecteren, Zelfs buiten deze periodes is het verboden om opzettelijk en bewust het nestelen van inheemse vogels te verstoren.

        PITFRUITBOMEN : Januari - Maart
        PITFRUITBOMEN : Half November -
        STEENFRUITBOMEN : Augustus - Half September
        LOOFBOMEN (ONDERHOUDSSNOEI) : Juni - Augustus
        LOOFBOMEN (VORMSNOEI) : Oktober - Half December
        NAALDBOMEN : Oktober -

        Welk materiaal gebruiken?

        Op eigen risico

        Het hanteren van machines (zagen, kettingzagen), vooral op hoogte en in ongemakkelijke houdingen, vormt een groot veiligheidsrisico. Deze informatie is louter als richtlijn bedoeld. Doe bij voorkeur een beroep op professionals!

        Het snoeien van een boom vereist geschikt materiaal in goede staat, zodat de snoeier veilig kan werken en de boom de grootste kans maakt om te herstellen. Veiligheidskleding is nodig om ongelukken te voorkomen (geen snoeiwerk op slippers en in korte broek!)

        Zorg ervoor dat u goed bent uitgerust, met:

        • Comfortabele beschermende handschoenen (versterkt met kevlar in de palm en vingers en bescherming voor de polsslagader).
        • Snijwerende broek (voor wie met een kettingzaag werkt), type C (niet-professioneel), of type A of B (bosbouwers en professionals).
        • Goed geslepen gereedschap (snoeischaar met een recht blad in plaats van een aambeeld, boomschaar, handzaag ...) waarmee u netjes kunt werken zonder de boom te beschadigen of het risico op ongelukken te vergroten.
        • Voor grote bomen moeten professionele snoeiers ervoor zorgen dat ze volledig zijn uitgerust met persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM): snijwerende veiligheidsschoenen (EN 345-2), snijwerende handschoenen, armstukken (8 lagen stof die een kettingzaagketting kunnen tegenhouden), snijwerende broek, lichte, gekleurde helm met veiligheidsbril (let op: de levensduur hiervan is over het algemeen beperkt tot 5 jaar), gehoorbescherming, valbeschermingskit...

        Gereedschap dat in direct contact komt met levend hout moet na elke boom gedesinfecteerd worden met spiritus of huishoudazijn (fungiciden — dat zijn fytofarmaceutische producten — zijn verboden). Deze voorzorgsmaatregel voorkomt de verspreiding van ziekten van de ene boom op de andere (of zelfs van tuin tot tuin voor een professional).


        Welke basisprincipes moet u respecteren?

        Ga voor de goede werkpraktijken!

        • Voordat u onderhoud uitvoert, moet u eerst controleren of de boom niet bewoond is door nestelende soorten. Als dit het geval is, kunt u niet zonder een vrijstelling ‘natuur’.
        • Afhankelijk van de dikte van de te snoeien takken en/of de omvang van het snoeiwerk, moet u zorgen voor een stedenbouwkundige vergunning.
        • Snoei takken met een diameter van maximaal 5 cm. Hoe kleiner de diameter van de snijwond, hoe sneller de wond herstelt en hoe kleiner het risico op besmetting door ziekteverwekkers.
        • Zorg voor een schone snede, haaks op de as van de tak, beginnend bij de schorsplooi (binnenplooi aan de stamzijde, boven aan de tak), zonder de schors van de stam te strippen (niet te kort afknippen).
        • Maak bij zware takken de tak die moet worden afgeknipt eerst lichter om het risico te vermijden dat de tak scheurt: maak hoger op de tak die moet worden afgeknipt een eerste snede aan de onderkant en vervolgens iets hoger (1 cm) een tweede snede aan de bovenkant. Verwijder het afgesneden deel vóór u de zuivere snede maakt.
        • Laat de takken die zich te hoog bevinden snoeien door professionals, d.w.z. gekwalificeerde en voor dit werk verzekerde boomklimmers, die een veiligheidsperimeter instellen en er zich onder andere van verzekeren dat nabijgelegen elektriciteitsleidingen spanningsvrij zijn.

        Vermijd de slechte praktijken!

        • Vermijd radicaal snoeien, dat de gezondheid en stabiliteit van de boom schaadt en een vergunning vereist.
        • Snoei niet meer dan 1/3 van het volume van een boom. Anders is hiervoor ook een vergunning nodig.
        • Snoei geen takken met een diameter van (meer dan) de helft van die van de hoofdstam (behalve bij vormsnoei). Dat veroorzaakt een te grote stress en leidt tot blaarvorming en een onvolledige genezing.
        • Vermijd sneden die vlakke (horizontale) delen creëren. Daar kan water blijven staan en tot rotting leiden.
        • Wintersnoei van meer dan 10-20% van de kroon moet beperkt worden tot maximaal elke 2 jaar bij dezelfde vormgesnoeide boom.
        • Boomklimmers vermijden best schoenen met klauwen die de schors beschadigen.
        Illustration des 3 tailles à proscrire (étêtage, ravalement et rapprochement)
        1. Knotten / 2. Afzagen / 3. Sluiten

        Radicaal snoeien is te mijden

        Deze snoeibeurten (vergunningsplichtig) moeten strikt beperkt worden en gerechtvaardigd zijn: toppen of knotten (volledige verwijdering van de kroon van de boom, stam horizontaal afgezaagd), afzagen (verwijdering van bijna alle takken met een diameter van meer dan 10 cm, verlagen tot het niveau van de hoofdstam) en sluiten (afzagen van takken om de kroon te verkleinen en een bepaalde vorm te geven).

        Hergebruik het snoeihout (‘groenafval’), bijvoorbeeld door compost te maken van verhakseld klein snoeihout (ramial chipped wood, of RCW) of mulch door de resten aan de voet van de boom te laten liggen. Maak met grote takken staken of bundels van dood hout, of een schuilhoop van snoeisel, of een piramide voor het vliegend hert.

        De goede snijmethode

        Een schone snede in drie fasen, volgens de regels van goed vakmanschap, zorgt voor een snel herstel van de wonde. Het zware deel van de tak wordt eerst verwijderd, voordat aan de basis van de tak de laatste schone snede wordt gemaakt. Het werk is veiliger en de genezing verloopt vlotter.

        Dessin montrant les étapes d'une coupe en 2 temps
        E1: stap 1 / E2: stap 2

        Verkeerde snijmethode

        Een slechte snede, met een directe doorsnede onder aan een zware tak, kan leiden tot het afscheuren van de schors. Het gewicht van de takken en het gebladerte rukt de tak en een deel van de schors naar beneden. Dit maakt het werk gevaarlijk en bemoeilijkt de genezing (hoog risico op rot en schimmel).

        Dessin montrant les risques de déchirures d’une branche si la taille ne se fait pas en deux temps
        A. Schorsplooi / B. Takkraag / C. Grens tussen tak en stam

        Hoe inspelen op specifieke gevallen?

        Om twee gevorkte takken te snoeien en te voorkomen dat ze splijten: vermijd het voorkomen van ingesloten schors (niet-vergroeide takken die aan elkaar vastzitten maar gescheiden zijn door schors, wat ze kwetsbaarder maakt), door de kleinste tak te verwijderen (vaak bij de vormsnoei) of, als hij al te dik is, door te verstevigen (met holle geweven touwen van polypropyleen) of statisch (doorboren met een staalkabel).

        Schéma montrant ce qu’il faut faire (tailler la petite branche ou haubanage) et ne pas faire (laisser les branches se fendre) en cas de branches en fourche
        1. Gevorkte takken / 2. Gespleten takken / 3 Snoeien van de kleinste tak / 4. Tuien

        Om een dode tak, stomp of dode scheut te verwijderen: snoei het dode deel zo dicht mogelijk bij de takkraag (zwelling van levend hout) maar er nog van verwijderd. Snoei in het dode hout, spaar het levende hout (de boom heeft zichzelf al beschermd tegen het dode deel), met de doorsnede evenwijdig aan de as van de stam of tak (as van het overblijvende levende deel). Dood hout bewaren bevordert de biodiversiteit, maar de context moet het mogelijk maken!

        Illustration d’une coupe légèrement au-dessus du bourrelet annulaire d’une branche morte (avant et après)
        Doorsnede boven de takkraag (A)
        Photo d’un élagueur professionnel en haut d’une nacelle avec une élagueuse sur perche lui permettant de tailler l’arbre sous tous ses angles
        Professionele snoeiers die een opmerkelijke boom (hulst) snoeien met behulp van een ‘snoeigiraf’ © Ana De Wagter - Bruxelles Environnement

        Vormsnoei op jonge bomen

        Vormsnoei vindt plaats in de eerste jaren na het aanplanten van de jonge bomen. Het belangrijkste doel is om de groei van een rechte, mastvormige, regelmatig vertakte stam te stimuleren, met een vorm en tot een hoogte die worden bepaald door de beperkingen en het landschapsproject. Dit zorgt voor een goed gebalanceerd bladerdak en voorkomt de vorming van vorken.

        Voor sommige boomsoorten is vormsnoei niet nodig, omdat ze een natuurlijk aangepaste groeiwijze hebben of gevoelig zijn voor overmatig ingrijpen.

        De keuze van de soort is daarom cruciaal, want elke boomsoort heeft een kenmerkende natuurlijke groei (rond, piramidaal, ovaal...) en gevoeligheid voor snoeien.

        Wanneer en hoe lang?

        Deze interventies moet men inplannen vanaf het aanplanten. Ze strekken zich meestal uit over een paar jaar na het planten (5 tot 10 jaar). Bomen die geen ‘vormsnoei’ krijgen, kunnen na een paar jaar een inhaalbeurt krijgen, maar hoe ouder de boom, hoe dikker de takken die moeten worden afgeknipt: de stress en gezondheidsrisico's nemen dus sterk toe als de zorg na het planten wordt verwaarloosd!

        Snoeien gebeurt in de winter, buiten het vegetatieve seizoen, en kan worden aangevuld met kleine bewerkingen aan het gebladerte, in het bijzonder het knijpen (afknippen van groene takken) van wortelscheuten, uitlopers en (water)scheuten.

        Hoe tewerk gaan voor de vormsnoei?

        • Zorg voor een boomtop (nummer 10 in de illustratie) om een hoge, rechte stam te krijgen, die rekening houdt met de architectuur van de boom. Dit omvat het vrijmaken van de top (het uiteinde van de boomstengel dat de stam wordt wanneer deze volgroeid is), bij de soorten die er een hebben (apicale dominantie). De boomtop moet altijd minstens 15 cm hoger komen dan de andere takken.
        • Snoei de jonge boom om specifieke vormen te verkrijgen (uitlopers, scherm, luifel, prieel …).
        • Selecteer de gesteltakken (vooral bij architecturale groei). Kies krachtige takken die goed gespreid zijn rond de stam, minstens 30 cm van elkaar. Takken op eenzelfde niveau van de stam kunnen problemen veroorzaken met structuur, stevigheid en evenwicht. Behoud de meest robuuste en elimineer de andere.
        • Reguleer de groeikracht van de takken (nummer 9 in de illustratie) om de ontwikkeling van de ene as te vertragen ten voordele van de andere door uit te dunnen (een tak van een zijtak afknippen) of groen te knijpen (een groeiende scheut in de lente afknippen). Besteed specifieke aandacht aan rechtopstaande takken die een as vormen van 60° of meer tegenover de horizon (of minder dan 30° met de stam), die de kroon destructureren en schorsinsluitingen (broosheid) kunnen veroorzaken. Snijd de tak volledig af (als hij minder dan 25% van het volume van de kroon vertegenwoordigt) of kort hem in om de groei van een scheut aan de onderkant te bevorderen. Uitzondering : zuilvormige cultivars met opstaande groeiwijze.
        • Verwijder ongewenste wortelscheuten (scheuten die uit de wortels groeien, nummer 1 op de illustratie) en slecht verankerde scheuten (scheuten die uit de stam of stronk groeien, nummer 2 op de illustratie). Verwijder vooral de scheuten van de onderstam, die de overhand kunnen nemen op de geënte variëteit.
        • Als ze een bedreiging vormen voor de veiligheid (drukke plaatsen, over parkeerplaatsen hangend ...), verwijder dan het dode hout (nummer 5 op de illustratie), snoeistompen (stompen van takken die niet gevoed worden door sap, nummer 4 op de illustratie) en geparasiteerde (nummer 8) of afgebroken twijgen (nummer 7). Het behoud van dood hout kan gunstig zijn voor de biodiversiteit (microhabitats). Het is dus zaak om een evenwicht te vinden.
        • Verwijder ook alle takken die tegen elkaar schuren (nummer 6).
        Wist u dat?

        Waterloten (takken die uit een tak of stam groeien en sap omleiden, fig. 3 op het diagram) worden met opzet door de boom ontwikkeld om het bladoppervlak en de fotosynthese te vergroten en uiteindelijk meer reserves te produceren, meestal na een trauma. Anders dan vaak gedacht, zal het verwijderen ervan het verlies van de boom versnellen door de afname van zijn hulpbronnen.

        1. Wortelscheuten
        2. Uitlopers
        3. Waterloten
        4. Snoeistomp
        5. Dood hout
        6. Schurende takken
        7. Gebroken tak
        8. Zieke tak
        9. Reguleren van de groeikracht
        10. Boomtop
        Image montrant la limite de la coupe du houppier pour atteindre le gabarit souhaité
        1. Hoogte van het toekomstige boomprofiel / 2. Hoogte van de boom na enkele jaren / A. Te snoeien tak / B. Preventief te verwijderen tak

        Kroonverhoging (takvrije stam)

        In zijn natuurlijke staat gaan de onderste takken van een boom niet omhoog als hij groeit. Naarmate de boom groeit, wordt hij gesnoeid om zijn kroon kunstmatig te verhogen en onder de boom een voldoende vrije hoogte te krijgen (vooral in openbare ruimtes, zodat mensen en voertuigen kunnen passeren).

        Verwijder takken uit de tijdelijke kroon om tot het gewenste profiel te komen. Breng de kroon geleidelijk (niet abrupt, maar over meerdere jaren) omhoog door de lage takken in het onderste derde deel van de boom te verwijderen (nooit meer dan 1/3 van de hoogte). Te veel takken in één keer afzagen zou de hulpbronnen van de boom drastisch verminderen.

        Snoei de takken geleidelijk weg:

        • Onder het geplande profiel bij volwassenheid (preventieve verwijdering van te lage takken).
        • Te dicht op elkaar (wat de kracht van de kroon vermindert).
        • Begin met de laagste delen van de kroon, in verhouding tot de hoogte van de boom (maximaal 1/3).
        Photo d’un élagueur professionnel en haut d’une nacelle lui permettant de tailler l’arbre en hauteur et réceptionnant, à l’aide d’une grue de levage, une grande branche tout juste coupée
        Professionele snoeiers gebruiken een hijskraan om een grote afgeknipte tak op te vangen © Ana De Wagter - Bruxelles Environnement

        Volwassen bomen snoeien

        Het doel van snoeien is om de veiligheid van bomen met semi-vrije groei en hun integratie met infrastructuur die niet verplaatst kan worden (gevels, lantaarnpalen, elektriciteitskabels ...) te garanderen.

        Het is echter belangrijk om te onthouden dat van meet af aan de juiste soort kiezen voor het beschikbare volume, het respecteren van plantafstanden en vormsnoei de noodzaak om de volwassen bomen te snoeien aanzienlijk zal verminderen.
        Photo d’un élagueur professionnel en haut d’une nacelle lui permettant de tailler l’arbre en hauteur
        Professionele snoeiers op een hoogwerker © Ana De Wagter - Bruxelles Environnement

        Hoe begin ik met snoeien?

        Gebaseerd op de schetsen uit het vorige gedeelte (vormsnoei):

          • Boven risicozones (voetpaden, wegen ...) dood hout, snoeihout en kwetsbare takken die onder hun eigen gewicht kunnen bezwijken.
          • Beperk het volume van bomen in de buurt van gevels.
          • Snoei de lage takken van bomen in groepen (niet bij solitaire bomen) in een drukbezochte tuin of park, om paden vrij te houden of het risico op schade (botsingen, klimmen) te verminderen.
          • Houd langs wegen een voldoende hoge doorgang vrij voor voetgangers (3 tot 5 m) en voertuigen (4,5 tot 6 m), door kroonverhogend te snoeien (zie hierboven).
          • Handhaaf de architecturale groeiwijze van bomen met deze structuur (omvorming naar een semi-vrije groeiwijze is mogelijk, mits u 5 tot 8 jaar lang een grotere waakzaamheid aan de dag legt).
          Photos de plusieurs arbres de différentes espèces se trouvant dans différents types de propriétés comme un parc public et un jardin privé
          © Ana De Wagter, Bruxelles Environnement

          Verplichtingen, verboden ... wat zegt de wet?

          Het is verboden om:

          • Snoeiwerken uit te voeren (met gemotoriseerd gereedschap) of bomen te kappen in de nestelperiode tussen 1 april en 15 augustus (of vanaf 1 maart in natuurreservaten).
          • Het doden, verwonden, vangen, of vervoeren van beschermde soorten, het opzettelijk of bewust vernietigen of beschadigen van hun habitat, het verstoren van deze soorten, met name tijdens de broed- of overwinteringsperiode.
          • Het vellen, radicaal snoeien of verplaatsen van een hoogstam zonder bouwvergunning.

          Het is verplicht om:

          • Een gemotiveerde afwijking ‘natuur’ te verkrijgen van het gewest om snoeiwerken uit te voeren tussen 1 april en 15 augustus, met uitzondering van (1) nood-/veiligheidskap (op basis van een bevel van de burgemeester of een noodvergunning), met voorafgaande controle op nestelen en een schriftelijk rapport aan Leefmilieu Brussel, of (2) openbare nutswerken (publieke beheerders) gemotiveerd door het groot openbaar belang, op voorwaarde dat de bomen zich op meer dan 60 m bevinden van een beschermd gebied (Natura 2000 of reservaat).
          • Een stedenbouwkundige vergunning te verkrijgen voor het snoeien van takken met een omtrek van 21 cm of meer, of meer dan 1/3 van de kroon te snoeien of het silhouet van een opmerkelijke boom te wijzigen.
          • Zorg voor een stedenbouwkundige vergunning om een hoogstam te vellen of te verplaatsen.

          Calendrier (synthèse)

          SNOEIEN OF KAPPEN VERBODEN : April - Half Augustus
          SNOEIEN OF KAPPEN VERBODEN (RESERVATEN) : Maart - Half Augustus
          NESTELENDE VOGELS : Februari - September
          VLEERMUIZEN MET JONGEN : Juni - Augustus
          VLEERMUIZEN IN WINTERSLAAP : Januari - April
          VLEERMUIZEN IN WINTERSLAAP : November -
          ZOMERSNOEI : Half April - September
          WINTERSNOEI : Oktober -
          WINTERSNOEI : Januari - Februari
          SNOEI VAN STEENFRUITBOMEN : Augustus - Half September
          SNOEI VAN PITVRUCHTENBOMEN : Half November -
          SNOEI VAN PITVRUCHTENBOMEN : Januari - April
          VORMSNOEI LOOFBOMEN : Oktober - Half December
          ONDERHOUDSSNOEI LOOFBOMEN : Juni - Augustus
          SNOEI VAN NAALDBOMEN : December -
          SNOEI VAN NAALDBOMEN : Januari - Oktober

          Partenaires

          Met de financiële steun van het 'Clearing House'-project

          Lees meer