Help mee om amfibieën te redden
Kikkers, padden, salamanders... Aan het einde van de winter keren amfibieën terug naar hun poelen en leggebieden. Tijdens die gevaarlijke nachtelijke trek vallen er veel dodelijke slachtoffers op onze wegen. Help hen veilig over te steken door deel te nemen aan de acties van burgergroepen en Natagora.
Help ze de straat oversteken
Van februari tot april, afhankelijk van het weer, zorgen de mildere temperaturen en het natte weer ervoor dat amfibieën uit hun winterslaap komen en terugkeren naar de poelen en vijvers waar ze geboren zijn, om zich voort te planten.
Het is een tocht vol hinderlagen die fataal kan zijn wanneer de dieren wegen moeten oversteken. Gelukkig komen elk jaar een honderdtal Brusselse vrijwilligers samen om de amfibieën te redden en kikkervisjes een toekomst te geven!
Technische info
Ontdek waar u kunt deelnemen
Vooral auto’s zijn gevaarlijk voor amfibieën. Ze worden ofwel direct door de wielen verpletterd of worden opgezogen door de luchtstroom die snel rijdende voertuigen veroorzaken (vanaf 30 km/u of meer) en botsen dan zo hard tegen de onderkant van de carrosserie dat ze het vaak niet overleven.
Het probleem is dus het grootst op wegen die parken met vijvers, wetlands, natuurgebieden en valleibodems doorkruisen.
De vereniging Natagora heeft een kaart opgesteld met overzetplaatsen voor amfibieën in Brussel en Wallonië.
- Geel : beheerde overzetplaatsen waaraan je kunt deelnemen.
- Rood : onbeheerde plaatsen waarvoor we coördinatoren zoeken.
- Blauw : activiteiten rond de overzetacties (wandelingen, lezingen, evenementen enz.).
Wanneer vinden de migraties plaats?
Amfibieën komen uit hun winterrust vanaf februari, als het meerdere nachten achter elkaar warmer is dan 4°C.
De migratie begint pas echt als de temperatuur 's avonds minstens 7°C bereikt, het weer vochtig tot ronduit regenachtig is, bij een zwakke wind (minder dan 3 Beaufort).
De piekperiode loopt over het algemeen van midden februari tot april, maar tot in de zomer zien we amfibieën die de trek maken. De exacte periodes verschillen van jaar tot jaar.
De vrijwilligersacties vinden vooral plaats tussen februari en eind april. De coördinatoren houden de weersomstandigheden nauwlettend in de gaten en enkele verkenners volgen de minste beweging. Zodra versterking nodig is, worden de vrijwilligers snel opgetrommeld.
De acties vinden plaats na zonsondergang, in de vooravond. U kunt weer vertrekken wanneer het u uitkomt (laat wel iets weten aan de coördinator zodat deze zich geen zorgen maakt), maar over het algemeen zijn er minder mensen nodig in de latere avond wanneer het verkeer afneemt of de weersomstandigheden veranderen.
Denk ook aan uw eigen veiligheid
Om kikkers, padden en salamanders te helpen onze wegen over te steken, moet u in het donker aan de rand van de weg werken en regelmatig oversteken. Het is geen risicoloze activiteit, ook al doen de coördinatoren hun uiterste best om het gevaar te beperken.
U neemt op eigen risico deel aan de vrijwilligersacties. Volg deze aanbevelingen om uzelf zo goed mogelijk te beschermen:
- Let voortdurend op de omgeving: draag geen koptelefoon of oortjes zodat u alle geluiden goed hoort, en werk naar de rijrichting toe zodat u de voertuigen ziet aankomen.
- Blijf op een veilige plek: loop zoveel mogelijk op het trottoir of in de berm en zo weinig mogelijk op de weg. Steek over binnen 30 m van de voetgangersoversteekplaats.
- Uw veiligheid komt op de eerste plaats: neem geen enkel risico, zelfs niet om een dier op te rapen dat in gevaar is.
- Zorg dat u zichtbaar bent: draag een fluohesje en een zaklamp. Alle andere zichtbaarheidsmateriaal is welkom (fluorescerende polsbandjes, hoofdlampen enz.).
- Denk aan de veiligheid van de kinderen: zorg dat ze weten welke voorzorgsmaatregelen ze moeten nemen en houd altijd toezicht! Hoewel dit soort activiteiten een geweldige manier is om meer over de natuur te leren, gaan kleine kinderen beter niet op pad op drukke wegen.
- Ga eerst op verkenning: bezoek een nieuwe plaats voordat het donker wordt en profiteer van het daglicht om eventuele gevaren te zien (rijsporen, trottoirranden, kuilen, garage-/parkeeruitritten enz.).
Kies geschikte kledij voor een koele, natte avond!
Voor de meest gemotiveerde vrijwilligers kan veldwerk soms meerdere uren duren. Het is ook mogelijk om voor kortere periodes deel te nemen. Bespreek dit met de coördinatoren van elke zone.
Kleed u in ieder geval voldoende warm aan en denk naast een fluohesje ook aan:
- Warme, waterdichte kleding; met ongeschikte kleding werken kan oncomfortabel zijn.
- Laarzen of wandelschoenen of schoenen die geschikt zijn voor buitenwerk (gladde ondergrond, modder enz.), een ander paar voor elke overzetplaats.
Als u fysiek niet in staat bent om direct mee te helpen of als u de amfibieën liever niet aanraakt, praat dan met de lokale coördinatoren om te zien hoe u kunt helpen met andere taken: communicatie en coördinatie van vrijwilligers, de routes op voorhand beveiligen, warme thee of koffie voorzien enz.
Ga voorzichtig om met de amfibieën
Maak u klaar voor de overzet!
Hoewel het mogelijk is om met blote handen te helpen, hebt u soms gepaste middelen nodig om het comfort van de gebruikers van dit ‘buitengewoon vervoer’ te garanderen. Dat is zeker zo op avonden die bijzonder geschikt zijn voor de trek en waarop er een grote toestroom van diertjes is, of bij acties op lange stukken weg.
Houd indien mogelijk het volgende bij de hand:
- Een zaklamp of een goede hoofdlamp. Dat is handig om de weg voor u te verlichten op gladde grond en/of om de diertjes te zien op gras en in struikgewas.
- Een schone emmer, goed afgespoeld met schoon water om te voorkomen dat de amfibieën worden blootgesteld aan resten van schoonmaakmiddelen. Gebruik verschillende emmers voor verschillende overzetplaatsen.
- Een paar flessen bronwater om uw handen of uitrusting af te spoelen.
- Hydroalcoholische gel (ontsmettingsmiddel), alleen voor na de laatste overzet!
- Wegwerphandschoenen van vinyl (zonder poeder of talk) - optioneel maar aanbevolen.
- Een notitieboekje en iets om uw 'scores' van de avond te noteren om te helpen met de inventarisatie.
Kriskras, heen en weer
Zelfs binnen eenzelfde soort hebben dieren niet allemaal hetzelfde biologische ritme.
Net zoals sommige mensen ochtendmensen zijn en anderen avondmensen, is het ontwaken uit de winterslaap en de trek naar de voortplantingsplaatsen gespreid in de tijd, eerst in de ene richting (naar beneden naar de laagste punten met de poelen) en dan terug in de andere richting.
Gedurende een bepaalde periode kruisen de laatste vertrekkers de eerste terugkeerders: het is dan een drukte van jewelste op de wegen.
Daarom is het belangrijk om de amfibieën in de juiste richting over te zetten. Kijk dus goed welke richting ze uitgaan voor u ze oppakt. Alle begin is moeilijk!
Aparte slaapkamers?
Voor de best mogelijke overzet, op een lang stuk of als er weinig vrijwilligers zijn, kunnen we twee emmers gebruiken:
Een emmer voor solitaire mannetjespadden. Padden zijn brutale jongens die zich krachtig vastklampen aan alles wat ook maar een beetje op een vrouwtje lijkt. Het risico is des te groter als al deze wezentjes bij elkaar worden gezet, zowel voor de vrouwelijke padden als voor de kikkers, die wel eens tussen de poten van een mannetje kunnen komen vast te zitten.
Een andere emmer voor de rest: parende padden, ook amplexus genoemd (een kleiner mannetje dat zich al heeft vastgeklampt aan een groter vrouwtje), groene en rode kikkers.
Toon respect voor de dieren
Als semi-aquatische soorten hebben amfibieën vochtige omstandigheden nodig, zelfs in de periodes die ze buiten het water doorbrengen. Hun zeer gevoelige huid is daarom bedekt met een slijm dat hen beschermt tegen uitdroging tijdens hun tochten. Als we de dieren aanraken, kunnen we deze beschermende laag verstoren en hun gezondheid en welzijn in het gedrang brengen.
-
Kijk uit waar u uw voeten neerzet en loop niet te snel achteruit of vooruit. Het gebeurt wel eens dat de diertjes per ongeluk worden platgelopen, vooral als we in groep lopen, of op gazons waar ze minder zichtbaar zijn.
- Houd de dieren zo kort mogelijk vast en pak ze alleen op als dat nodig is om ze te redden.
-
Hanteer ze met vochtige, schone handen, die goed afgespoeld zijn met schoon water.
- Als u handschoenen gebruikt, kies dan voor medische vinyl handschoenen zonder poeder.
- Gebruik een schone emmer om dieren over meer dan een paar meter te verplaatsen (brede, druk bereden wegen, lange overzetafstand enz.).
- Laat ze vrij zo dicht mogelijk bij de plaats waar u ze gevonden hebt. Het is verboden om amfibieën over lange afstanden te verplaatsen.
- Wees voorzichtig: hun botten zijn breekbaar en elke val vanaf kniehoogte of hoger kan breuken en onzichtbare inwendige verwondingen veroorzaken.
- Sluit uw handen niet te stevig, vooral niet met de kleinste dieren zoals salamanders.
- Laat zeker salamanders nooit vallen: ze zijn erg kwetsbaar en kunnen sterven.
- Zorg dat er niet te veel dieren in dezelfde emmer zitten en laat ze snel los.
- Vermijd handcrèmes, medische crèmes, zeepresten, etensresten enz.
- Als u handschoenen gebruikt, vermijd dan rubberen of latex handschoenen met poeder of talk, die stoffen achterlaten op de kwetsbare huid van de amfibieën.
- Vermijd ook handschoenen van wol, stof of een ander materiaal dat schuurt of dat deeltjes of draadjes op de dieren kan achterlaten.
- Ontsmet uw handen alleen na de activiteit met hydroalcoholische gel en raak de amfibieën daarna niet meer aan.
Met de auto, de fiets of de motor?
Het hoge aantal amfibieën dat tijdens de migratieperiode op onze wegen sterft, vraagt om uiterste waakzaamheid, vooral wanneer er vrijwilligers aan het werk zijn.
- Wees waakzaam op de weg vanaf februari, van zonsondergang tot zonsopgang.
- Vertraag als u vrijwilligers in fluohesjes en/of verkeersborden met een kikker ziet: zij geven tijdelijk de migratiezones aan. Rijd stapvoets en let op voor zowel mensen als amfibieën.
- Heb geduld... en glimlach! Het is een eenvoudige daad die veel betekent voor de natuur!
Verplichtingen, verboden ... wat zegt de wet?
Opmerking: alle inheemse amfibieën zijn strikt beschermd, op het volledige gewestelijke grondgebied.
Het is verboden om:
- Amfibieën opzettelijk of bewust te doden.
- Inheemse amfibieën te vangen, in gevangenschap te houden, te kweken of te introduceren in de natuur, inclusief hun eieren en larven (kikkervisjes).
- Uitheemse amfibieën te introduceren of vrij te laten in de natuur.
- De toegang van amfibieën tot een legplaats te verhinderen.
Het is verplicht om:
- Een beschermde diersoort te vangen en te vervoeren indien deze in onmiddellijk levensgevaar verkeert en deze af te zetten in een soortgelijke omgeving in de buurt.
- De amfibieën weer vrij te laten zo dicht mogelijk bij de plek waar ze aan het gevaar werden onttrokken.
- Een natuurafwijking van Leefmilieu Brussel te hebben om amfibiepopulaties te verplaatsen, bewoonde poelen te dempen of de toegang tot een legplaats te verhinderen.