Meidoorn (Ha), els (Ha), berk (Ha), esdoorn (Ha), hazelaar (Ha), wilg (Ha)...
Plant voor de dieren
Planten bieden een gevarieerde habitat en voedselvoorraad voor vogels, insecten en kleine dieren. Op een gevel of een dak, in uw tuin, of in een park beschermen bomen, struiken en andere planten ze ook tegen roofdieren en slecht weer. Neem eenvoudige maatregelen en kies geschikte planten om ze onderdak en voedsel te geven !
Plant vegetatie die geliefd is bij dieren !
Hier zijn enkele eenvoudige acties die u in meer detail kunt raadplegen in onze actiebladen om vooral onderdak te bieden aan vele soorten, reiscorridors aan te bieden in gefragmenteerde steden, thermisch comfort te bieden en het leven te bevorderen.
Technische info
Neem eenvoudige maatregelen om wilde dieren te helpen
- Verkies beplanting boven harde oppervlakken (beton, asfalt, straatstenen ...).
- Varieer de soorten die geplant worden en diversifieer de hoogtes, zodat dieren zich kunnen verplaatsen en voeden, schuilen en zich voortplanten.
- Zorg ervoor, bij het oogsten van fruit of zaden, dat u wat overlaat voor de dieren.
- Laat plaats voor spontane begroeiing :
- laat een hoekje van uw tuin verwilderen
- behoud een ongemaaide (ongezeiste) of laat gemaaide zone
- kies voor een bloemenweide in plaats van gazon
- laat stapels dood hout en afgevallen bladeren achter en/of dode en holle bomen
- De tuin niet volledig omheinen, behalve aan de kant van de weg ;
- Geef de dieren alleen voedsel via natuurlijke voorzieningen (hieronder beschreven).
- Varieer habitats door het inrichten van :
- een poel of vijver
- bosjes of perken
- een boomgaard
- een (natuurlijke) haag
- een moestuin op basis van permacultuur
- groene gevels en daken zodat dieren zich kunnen verplaatsen in steden waar natuurlijke habitats gefragmenteerd zijn.
Hoe bereidt u uw bodem voor?
Creëer een levende bodem met regenwormen, bacteriën ... die zorgen voor hercirculatie en vruchtbaarheid van de bodem:
- Gebruik geen chemische meststoffen, maar geef de voorkeur aan natuurlijke compost en alternatieve onkruidbestrijdingstechnieken .
In een vochtige omgeving:
- Richt zacht glooiende oevers en hun omgeving in met diverse, inheemse vegetatie die is aangepast aan waterrijke gebieden.
- Introduceer geen dieren, alleen een paar inheemse waterplanten.
Installeer groene ruimtes waar dieren van zullen genieten
Welke planten zijn aangepast aan de lokale fauna ?
Kies inheemse planten (uit het gewest) of die aangepast zijn aan de lokale omgeving en niet-invasief:
- Planten die geschikt zijn als voedsel voor onze lokale fauna:
- Met vruchten, bessen en zaden voor dieren: wilde lijsterbes, zoete kers, vlierbes, aalbes...
- Met nectar voor insecten: sleedoorn, kamperfoelie, slangenkruid, paardenbloem...
- Planten die beschutting bieden: dichte struiken, heggen, doornige struiken of klimplanten : els, berk, eik, klimop…
Plaats planten in groepen om de bestuiving te vergemakkelijken en meer dieren aan te trekken.
Bied insecten zoveel mogelijk nectar aan
Plant vroege, klassieke en late nectarproducerende soorten om de nectarproductieperioden te spreiden.
Klassiek (mei-juni)
Sporkehout (Ha), kers (Ha), haagbeuk (Ha), kweepeer (Ha), kornoelje (Ha), zure kers (Ha), zoete kers (Ha), mispel (Ha), iep (Ha), populier (Ha), peer (Ha), appel (Ha), sleedoorn (Ha), linde (Ha), sneeuwbal (Ha), kamperfoelie (KP), lievevrouwebedstro (BB), ooievaarsbek (BB), dovenetel (BB), kleine maagdenpalm (BB), rozetsteenkers (EG), reigersbek (EG), luzerne (EG), hemelsleutel (EG), slangenkruid (EG), gele lis (WP), zwanenbloem (WP), zegge (WP), koekoeksbloem (WP), aarvederkruid (WP), hartbladige populier (WP), moerasspirea (WP), grote egelskop (WP)…
Laat (juli-oktober)
Egelantier (Ha), kastanje (Ha), wilde lijsterbes (Ha), clematis (KP), klimop (KP en BB), blauweregen (KP), hortensia (KP), wingerd (KP)...
Gun de dieren zoveel mogelijk fruit
Plant vroege, klassieke en late fruitsoorten om de vruchtperioden te spreiden.
Vroeg (maart-mei)
Kornoelje (Ha), egelantier (Ha), sleedoorn (Ha), esdoorn (Ha)...
Klassiek (juni-augustus)
Kers (Ha), eik (Ha), sporkehout (Ha), zure kers (Ha), zoete kers (Ha), populier (Ha), peer (Ha), appel (Ha), linde (Ha), liguster (Ha), sneeuwbal (Ha), lievevrouwebedstro (KP), kamperfoelie (KP), wingerd (KP), ooievaarsbek (BB), dovenetel (BB), rozetsteenkers (EG), zwanenbloem (WP), grote egelskop (WP), luzerne (EG), hemelsleutel (EG), slangenkruid (EG), koekoeksbloem (WP), aarvederkruid (WP), hartbladige populier (WP), moerasspirea (WP)…
Laat (september-november)
Meidoorn (Ha), kastanje (Ha), kweepeer (Ha), hulst (Ha), mispel (Ha), hazelaar (Ha), notelaar (Ha), iep (Ha), wilde lijsterbes (Ha), klimop (KP en BB), clematis (KP), blauweregen (KP), hortensia (KP), reigersbek (EG), gele lis (WP), zegge (WP) ...
Legende
- Ha: houtachtig (boom of struik)
- KP: klimplanten
- BB: bodembedekker
- WP: waterplant
- EG: extensief groendak
Verzorg uw aanplantingen maar ontzie hun bewoners
- Snoei uw bomen, struiken en heggen niet te vaak om ze de kans te geven zich te ontwikkelen en vrucht te dragent.
- Vermijd pesticiden (insecticiden en herbiciden), die giftig zijn, zowel voor de dieren als voor uzelf. Geef de voorkeur aan methoden voor geïntegreerde gewasbescherming (slakken, ongewenste insecten …) of natuurlijke alternatieven (citronella, geranium...).
- Vermijd exotische soorten die invasief kunnen worden.Raadpleeg hiervoor de wetenschappelijke (Latijnse) namen van de planten.
- Geef de voorkeur aan ecologisch beheer van groene ruimten met meer respect voor de natuur, zoals gedifferentieerd maaien of ecologische begrazing.
- Om de bodem te beschermen kunt een plantaardige mulch verkiezen om de bodem te voeden en diervriendelijk nestmateriaal te bieden, of bodembedekkers planten.
Verplichtingen, verboden, procedures ... Wat zegt de wet?
Het is verboden om:
- Beschermde soorten te doden, te verwonden, te vangen of te vervoeren.
- Opzettelijk of bewust de habitats van beschermde soorten te vernietigen of beschadigen.
- Beschermde soorten te verstoren, vooral tijdens het broeden of de winterslaap.
- Bomen te snoeien (met gemotoriseerd gereedschap) of te rooien tussen 1 april en 15 augustus.
- Invasieve exotische soorten in te voeren, te zaaien, te planten, te verspreiden of te verkopen.
- Wilde dieren te voederen in natuur- en bosreservaten en in gewestelijke parken beheerd door Leefmilieu Brussel (gewestelijke reglementering), maar ook in de gemeentelijke (openbare) ruimten (gemeentelijke reglementering).
Het is verplicht om:
-
De afstanden tussen aanplantingen en aangrenzende eigendommen te respecteren :
- plant bomen en struiken van 2 m of hoger op 2 meter van de eigendomsgrens ;
- andere bomen of struiken (hagen) op 50 centimeter. -
Vraag een bouwvergunning aan voor :
- om een hoogstamboom te vellen, te verplaatsen of radicaal te snoeien;
- om de samenstelling van de bodem onder aan de boom zodanig te veranderen dat dit gevolgen kan hebben voor de boom. - Als er tussen 1 april en 15 augustus gesnoeid moet worden, moet bij het gewest een gemotiveerde uitzondering ‘Natuur’ worden aangevraagd. Denk hier op tijd aan!
-
Respecteer alle regels die op lokaal niveau kunnen worden gesteld:- de Gemeentelijke Stedenbouwkundige Verordeningen (GemSV).
- de Bijzondere Bestemmingsplannen (BBP)
- de verkavelingsvergunningen (VV)